HOOFDSTUK 1: ALGEMENE REGLEMENTEN.
Artikel 1.01:
Het speelseizoen is de periode tussen 1 juni en 31 mei. De competitie begint op de eerste zondag van september.
De wedstrijden worden in principe gespeeld op zondagvoormiddag. De RLV vzw-secretaris of zijn vervanger kunnen in bepaalde gevallen anders beslissen.
De wedstrijden worden gespeeld over 2 X 35 minuten met een rustperiode van maximum 10 minuten. De REF start en eindigt de wedstrijd tijdig. De REF bepaalt de duur van de rust die nooit langer dan 10 minuten mag bedragen.
Artikel 1.02:
De spelreglementen zijn deze van toepassing bij de KBVB (een wijziging van hun spelreglement wordt eerst voorgelegd aan de AV als het BO het nodig acht) met toevoeging van dit reglement. Het spelreglement van de KBVB is te koop bij de KBVB.
Artikel 1.03:
Na elke speeldag worden de klasseringen opgemaakt die principieel verschijnen in het orgaanblad of via de RLV vzw-media middelen. Wie fouten ontdekt in deze klasseringen moet deze melden aan de RLV vzw-secretaris.
Artikel 1.04:
Bij het opmaken van de klasseringen worden volgende criteria gehanteerd:
- Hoogst behaalde punten (bij winst 3, bij gelijkspel 1, bij verlies 0).
- Meest gewonnen wedstrijden.
- Minst verloren wedstrijden.
- Het doelpuntensaldo
- Meest gescoorde doelpunten.
Bij een gelijke stand wanneer het om de titel, dalen of stijgen gaat wordt er verder rekening gehouden met:
- De punten behaald in onderlinge duels.
- Het doelpuntensaldo in onderlinge duels.
- Het meest doelpunten gemaakt in onderlinge duels.
- Het meest doelpunten gemaakt op verplaatsing in onderlinge duels.
Er worden geen testwedstrijden gespeeld.
Artikel 1.05:
De dag van de wetgevende verkiezingen wordt er niet gevoetbald.
Artikel 1.06:
Identificatiebewijzen zijn slechts deze uitgegeven en afgeleverd door het RLV vzw voorzien van een recente pasfoto.
Artikel 1.07:
Elke kalenderwijziging zal door de ploegen zelf meegedeeld worden aan de terreineigenaar evenals elke algemene of andere afgelasting.
Bij het niet beschikbaar zijn van het terrein moet de thuisploeg tijdig het RLV vzw inlichten.
Artikel 1.08:
Een reeks bestaat uit minimum 10 en maximum 16 ploegen. Het aantal reeksen, evenals het aantal ploegen per reeks, wordt uiteindelijk door het BO bepaald.
Artikel 1.09:
De wedstrijdduur is deze van begin tot het einde met de duur van de rust inbegrepen.
De wedstrijd is echter gedaan voor een uitgesloten persoon met een RLV vzw functie, op het ogenblik dat de persoon het veld verlaat of zich heeft omgekleed, de klachten zijn slechts ontvankelijk max. 15 min. vóór en na de wedstrijd, men kan dus spreken van een wedstrijdduur 15 min. vóór de aanvang van de wedstrijd en 15 min. na het wedstrijdeinde.
Artikel 1.10:
Tijdens de duur van de wedstrijd is iedere club verantwoordelijk voor het gedrag van zijn supporters.
Artikel 1.11:
Een verhaalboete die niet vereffend wordt houdt de persoon geschorst en/of op inactiviteit tot inlossing. Dit geldt eveneens voor een persoon die nog schulden heeft tegenover een vereniging, club, het RLV vzw.
Artikel 1.12:
De heenronde wordt bepaald naar de reeks met het hoogste aantal ploegen, de titelstrijd verloopt in principe over minimum 18 wedstrijden. Het BO beslist hierin.
Artikel 1.13:
Het aantal stijgers en dalers wordt door het BO bepaald. In principe zijn er per reeks 2 stijgers en 2 dalers.
Artikel 1.14:
Alle gegevens over: adres LAV, kleuren van de uitrusting, telefoonnummers van het LAV, lokaal, enz…….moeten bekend zijn op de zetel vóór 1 juni, dit voor het nieuwe seizoen. Tenzij het BO en of het DB anders beslist. Aansluiten bij het RLV vzw en weigeren gegevens te verstrekken is onmogelijk of dit doen tijdens het lidmaatschap, veroorzaakt de zelfschorsing.
Artikel 1.15:
Een ploeg op het voetbalveld bestaat uit maximum elf spelers en minimum, zoals het reglement voorziet, 7 spelers om de wedstrijd te kunnen starten, stopzetten met 6 spelers of minder.
Er zijn max. 4 vervangingen toegelaten.
Artikel 1.16:
Tijdens de wedstrijdduur is elke plaats of functie-verwisseling van de spelers onderling mogelijk. Zo kan de doelwachter veldspeler worden en omgekeerd. Bij dergelijke wissel moet de scheidsrechter vóóraf worden ingelicht.
Artikel 1.17:
Een speler vervangen is steeds toegestaan met medeweten van de scheidsrechter.
Vervangen spelers mogen/kunnen terug op de ‘reserve-bank’ plaatsnemen en kunnen/mogen in het verdere verloop van de wedstrijd terug ingebracht worden ter vervanging van een medespeler, dit voor zover er nog geen 4 vervangingen zijn gebeurd.
Een uitgesloten speler, mag nooit heroptreden tijdens dezelfde wedstrijd.
Artikel 1.18:
Bij elke sportontmoeting moet de verbandkist en de gevulde waterzak van beide ploegen steeds ter beschikking zijn. De REF (of de WW) controleert de verbandkist en noteert elk ontbrekend stuk. Elke inbreuk wordt met een boete gesanctioneerd.
De verbandkist bevat minimum:
- Een recent ontsmettingsmiddel.
- Een roestvrije schaar.
- Een band om bloedingen te stelpen.
- Een scheidsrechters fluit.
- Een rode kaart.
- Een gele kaart.
HOOFDSTUK 2: DE AFGEVAARDIGDEN
Artikel 2.01:
De afgevaardigde van de thuisploeg wordt de thuisafgevaardigde (TA) genoemd, die van de bezoekers de ploegafgevaardigde (PA), beiden zijn de wedstrijdafgevaardigden (WA) voor hun ploeg.
Gedurende het spel moet er voor beide ploegen een afgevaardigde aanwezig zijn die herkenbaar is door de armband. De TA heeft een witte armband aan, de PA een driekleurband.
Een wedstrijdafgevaardigde zonder armband verliest alle rechten van een afgevaardigde.
Artikel 2.02:
- Het bijstaan van de scheidsrechter in moeilijke omstandigheden.
- Het schrappen van de spelers die niet aanwezig waren of die niet opgesteld zijn geweest.
- Het aantal spelers dat aan de wedstrijd deelneemt (elftal+max.4 vervangingen) en voor de andere aangesloten leden die op het wedstrijdblad staan. De afgevaardigde is steeds verantwoordelijk voor de eventueel begane inbreuken
- De WA vervangt of stelt nooit een speler of grensrechter op die vermoedelijk onder invloed verkeert.
- De opgestelde spelers mogen geen gevaar opleveren noch voor zichzelf noch voor de tegenstrevers (b.v. gipsverbanden, wangedrag, sieraden enz.…).
- De WA stelt de spelerspassen, spelerslijst en wedstrijdbladen ter beschikking van de WA van de tegenstrever en legt ze in het scheidsrechterslokaal, minstens 15min. vóór de wedstrijdaanvang. Ook deze van de laatkomers worden daar bezorgd.
- Waar een neutrale zone is gelieve die te respecteren en vrij te houden, zo niet een behoorlijke afstand van de zijlijn dient vrij gehouden te worden.
- De WA let erop dat er geen schoenen worden ontdaan van slijk in voet- of stortbaden en dat de kleedkamers in nette staat worden verlaten. Allerhande soorten afval horen in de vuilnisbakken.
- De WA zorgt voor aangepaste drank naargelang de weersomstandigheden voor zijn ploeg.
Artikel 2.03:
Plichten van de TA:
- Het betalen van de scheidsrechters vergoeding vóór aanvang v/d wedstrijd (ook bij forfait geven of forfait krijgen).
- De betaling van terreinkosten.
- Voorzien van het nodig aantal wedstrijdballen. De bezoeker is verplicht één wedstrijdbal ter beschikking te stellen zo deze van de thuisploeg uitgeput zijn door overmacht (weggetrapt op een niet te bereiken plaats, defect, enz.)
- Onmiddellijk na de wedstrijd meldt de TA de uitslag van de gespeelde wedstrijd op het nummer aangegeven op de kalender ten laatste om 12.15 uur de dag van de wedstrijd of binnen de twee uren na de wedstrijd. Elke inbreuk wordt beboet.
- Als de bezoeker dezelfde kleuren draagt als de thuisploeg, dan zorgt de TA ervoor dat zijn ploeg in andere kleuren speelt. De bezoeker houdt zich een heel seizoen aan de kleuren van trui en broek zoals die opgegeven zijn op de spelerslijst en ploeggegevens en moet de bezoeker die kleuren respecteren. De uitrusting moet genummerd zijn.
- Het aanstellen van de eventuele gelegenheidsscheidsrechter. Bij weigering wordt een forfait voor de thuisploeg aangerekend.
- Het bezorgen van de wedstrijdbladen op de RLV vzw-zetel ten laatste twee dagen volgend op de ontmoeting en vóór 19 uur. In de praktijk betekent dit dat de wedstrijdbladen ten laatste de dinsdag volgend op de ontmoeting, om 19 uur op het RLV vzw-secretariaat moeten berusten. De TA blijft steeds verantwoordelijk voor de wedstrijdbladen, zelfs als het door derden wordt binnengebracht en het te laat zijn bestemming bereikt.
- De TA zorgt voor aangepaste drank naargelang de weeromstandigheden voor de scheidsrechter en voor zijn eigen ploeg.
Artikel 2.04:
- De WA mag vóór de wedstrijdaanvang de spelerslijsten en passen van de tegenstrever controleren en de namen vergelijken met deze op het wedstrijdblad. De WA mag eisen om elke speler van de tegenpartij te zien om zijn uiterlijk te vergelijken met de spelerspas.
- Als een terreineigenaar of terreinbewaarder een wedstrijd uitstelt op datum en uur van de RLV vzw-kalender, zijn de WA’s gemachtigd, in onderling akkoord, de ontmoeting op een ander terrein te laten spelen. De REF kan de verandering van veld weigeren maar heeft dan geen recht op vergoeding.
- Als de REF het veld onbespeelbaar verklaart en de WA’s, in onderling akkoord, toch wensen te spelen en de terreinbewaarder of terreineigenaar laat dit toe, dan stelt de TA een gelegenheidsscheidsrechter aan. Beide WA’s blijven altijd verantwoordelijk voor het goede verloop van de wedstrijd. De officieel aangestelde REF is geen vergoeding verschuldigd, gezien deze vergoeding ten goede komt aan de gelegenheidsscheidsrechter.
- De WA mag een speler die niet in het bezit is van een spelerspas, verbod opleggen te spelen. Laat de WA de speler toch aan het spel deelnemen, dan vermeldt die dit, vóór de wedstrijd, op het wedstrijdblad en tekent. Iedere klacht die voor een dergelijk feit ingediend wordt ná de wedstrijd is onontvankelijk. De ploeg waartoe de speler behoord wordt, als hij aan het spel heeft deelgenomen, beboet. Een opgelegd speelverbod negeren staat gelijk met de straffen en boeten.
- Tot maximum 15 minuten na het einde van de wedstrijd mogen de WA’s het wedstrijdblad inkijken, een nota neerschrijven, een klacht formuleren, enz. Dit gebeurt altijd in welvoeglijke taal en de klacht mag geen verwijten inhouden. Dit geldt eveneens voor de REF. Hij mag weten wat de andere partij schrijft en waakt erover dat men tekent.
- In geval een ploeg te laat aan de aftrap verschijnt of vermoedt dat dit zo zal zijn, dan moeten de WA’s bij de REF aandringen om langer dan 10 minuten te wachten om de wedstrijd te starten. Dit geldt alleen als er ná die wedstrijd geen andere wedstrijd op hetzelfde veld gespeeld wordt. De REF mag dit altijd weigeren. Dit is het geval van forfait krijgen.
Artikel 2.05:
Na de wedstrijd moeten de WA’s persoonlijk de spelerspassen en spelerslijst ophalen bij de REF.
De afgevaardigden moeten het wedstrijdblad inkijken om na te gaan of alle gegevens correct werden ingevuld door de REF:
- Doelpuntenmakers
- Gele en/of rode kaarten
- Punten fairplay en grensrechter
- Kwetsuren
De afgevaardigden vullen op hun eigen wedstrijdblad de naam en stamnummer van de ‘beste voetballende tegenstander’ in EN ondertekenen dan hun wedstrijdblad.
Door het ondertekenen van het wedstrijdblad gaat de WA akkoord met alle ingevulde of niet-ingevulde gegevens.
De TA voorziet een lege enveloppe voor de REF zodat hij de wedstrijdbladen erin kan doen waarna de REF de enveloppe sluit en parafeert. De enveloppe wordt dan meegegeven met de TA die de wedstrijdbladen bezorgt op de RLV vzw zetel.
Na het sluiten van de enveloppe kunnen de wedstrijdbladen, in principe, niet meer gewijzigd worden. Het secretariaat houdt zich aan de gegevens op de wedstrijdbladen om de nevenklassementen en boetes op te maken.
Artikel 2.06:
Zo beide afgevaardigden vaststellen dat de REF vóór of tijdens (na kantinebezoek tijdens de rust) de wedstrijd onder vermoedelijke invloed verkeert, noteren ze dit op het wedstrijdblad en tekenen. Er wordt gehandeld om de wedstrijd te doen starten (of verder te zetten) zoals het IR voorziet. Zij beslissen over de vergoeding van de REF aan wie, in principe, niets (of 1/2) is verschuldigd. In feite komt deze vergoeding toe aan de gelegenheidsscheidsrechter. In alle gevallen moet de wedstrijd plaats hebben of verdergezet worden.
HOOFDSTUK 3: HET WEDSTRIJDBLAD.
Artikel 3.01:
Het wedstrijdblad is een informatieblad dat de afgevaardigden minimum 15 minuten vóór de wedstrijd aan de REF van dienst bezorgd en waarop volgende zaken IN DRUKLETTERS zijn ingevuld:
- Het wedstrijdnummer,
- De wedstrijddatum,
- De eigen clubnaam,
- De clubnaam van de tegenstrever,
- Het uitrustingsnummer van zijn spelers,
- De stamnummer, naam en voornaam van de spelers,
- De stamnummer, naam en voornaam + handtekening van de kapitein,
- De naam + voornaam + stamnummer + handtekening v/zijn grensrechter,
- Zijn eigen stamnummer, naam en voornaam + handtekening,
Elk ontbrekend element wordt beboet, evenals het te laat bezorgen bij de REF.
Artikel 3.02:
Alle namen van de spelers die vermoedelijk aan de wedstrijd zullen deelnemen moeten vóór aanvang van de wedstrijd op het wedstrijdblad ingeschreven worden, zelfs als de spelers op dat ogenblik niet aanwezig zijn. Per wedstrijd mogen maximum 15 spelers ingeschreven worden. Iedere ingeschreven speler mag aan de wedstrijd deelnemen, ook als de speler te laat komt.
Artikel 3.03:
Als er geen wedstrijdblad, uitgegeven door het RLV vzw, voorhanden is, mag er een ander papier worden gebruikt. Geen uitstel van een wedstrijd wordt geduld als het wedstrijdblad niet aanwezig is bij aanvang van de wedstrijd.
Artikel 3.04:
Alhoewel het wedstrijdblad een informatieblad is, zal elke ongegronde aanval op een persoon, door een functie aan het RLV vzw verbonden, beoordeeld en eventueel beboet of bestraft worden door het DB of het BO. De afgevaardigde blijft te allen tijde verantwoordelijk als er (een) vermoede supporter(s) van zijn club zijn of hun indrukken, al dan niet getekend, neerpen(t)(nen) op het wedstrijdblad.
Artikel 3.05:
Alle voorvallen mogen erop vermeld worden: het wedstrijdverloop, de doelpuntenmakers, de geblesseerden, klachten, enz… Alleen de beide afgevaardigden mogen op het wedstrijdblad schrijven en in elk geval tekenen ze wat ze neerschrijven. De REF is de derde persoon die op het wedstrijdblad mag schrijven.
HOOFDSTUK 4: DE SPELER, DE SPELERSLIJST.
Artikel 4.01:
- Vrij op het einde van het speelseizoen (één seizoen contract).
- Vrij als hij geschrapt is op de spelerslijst van zijn club.
- Vrij als de club tijdelijk of definitief stopt.
Een vrije speler heeft geen enkele verplichting meer aan de club die hij eventueel verlaat als hij geen financiële noch materiële schulden bij de club heeft. Elke klacht ter zake van de club moet vóór 1 augustus op de RLV vzw-zetel berusten.
Als schulden komen in aanmerking: steunkaarten, tombolaloten, sportzak, uitrusting, trainingspak, stickers, enz. waarvoor hij tekende voor ontvangst.
Artikel 4.02:
Ieder speelseizoen wordt via de media zoals o.a. in het orgaanblad of op internet, de datum van uitgifte van de spelerssteekkaarten voor het nieuwe seizoen bekendgemaakt.
Artikel 4.03:
De spelersaansluitingen worden pas uitgevoerd wanneer volgende zaken in orde zijn en in DRUKLETTERS op de steekkaart zijn ingevuld:
- De naam van de club.
- Naam van de speler + eventueel gekend stamnummer.
- De volledige voornaam van de speler.
- Adres + postcode + gemeente van de speler.
- Geboortedatum van de speler (eventueel de geboorteplaats)
- 18-jarigen è speeltoelatingsbewijs van verantwoordelijke ouder of voogd.
Een speler dient 16 jaar te zijn/worden tijdens het seizoen om speelgerechtigd te zijn - Handtekening van de speler (eigenhandig) + eventueel ouder of voogd en hun voornaam.
- Een recente pasfoto van de speler.
Artikel 4.04:
Er kunnen spelers aangesloten worden:
- Tijdens de heenronde, als de ploeg een onvolledige lijst heeft.
- In het eerste deel van de week, ten laatste dinsdagmiddag, mits correcte bezorging van spelerskaart en een recente pasfoto op adres van de gevolmachtigde; de spelerspas wordt na aanmaak per post verstuurd of na afspraak afgehaald op het aangegeven adres.
- Een reservedoelman aansluiten is altijd mogelijk, ook tijdens de terugronde, als de titularis uitvalt, geschrapt werd van de lijst en de spelerspas werd ingeleverd op het RLV vzw-secretariaat.
Het DB behandelt de aanvraag. - Als een ploeg, tijdens de terugronde, tweemaal naeen onvolledig aantreedt kunnen nieuwe veldspelers aangesloten worden. Het aantal is in overeenstemming met het aantal ontbrekende spelers.
Het DB behandelt de aanvraag. - In uitzonderlijke gevallen na toestemming van het bestuursorgaan.
Artikel 4.05:
Er is geen mogelijkheid om een speler aan te sluiten:
- Per telefoon.
- Tijdens de terugronde van de competitie.
- Als de speler zijn spelerskaart met vermelding van de privacy policy van het RLV vzw NIET eigenhandig ondertekent.
- Als de aan te sluiten speler te jong is.
- Als het om een geschorste speler gaat, ook voor een langdurige schorsing bij een ander verbond.
- De speler nog schulden heeft bij zijn vorige ploeg.
Artikel 4.06:
Plichten van de speler:
- Een speler kan slechts één keer per speelseizoen veranderen van ploeg, de ploeg liet hem schrappen. Dit moet gebeuren tijdens de heenronde, tenzij het IR het anders voorziet.
- De speler tekent zijn aansluitingskaart eigenhandig (één seizoen contract), de spelers onder de 18 jaar MOETEN telkens een geschreven toelating hebben van hun wettelijke vertegenwoordiger om geldig toe te treden tot een ploeg.
Artikel 4.07:
Rechten van de speler:
- Zo de speler niet wordt opgesteld maar toch op het wedstrijdblad staat, mag hij vragen aan de scheidsrechter dit te noteren op het wedstrijdblad. De REF is verplicht hieraan gevolg te geven.
- De speler mag een verzoekschrift richten aan de zetel van het RLV vzw om te veranderen van club als de speler geen enkele volledige wedstrijd speelde tijdens vier opeenvolgende wedstrijden. Wordt de vraag van de speler ingewilligd, dan kan de speler aantreden bij een andere club de speeldag die volgt op zijn aanvraag. Een speler kan nooit betaalde lidgelden terugeisen. Wel kan de speler zijn verzekeringspremie, die hij betaalde, terugeisen van zijn club.
Artikel 4.08:
Een spelerslijst die in slechte staat is of vuil is of gewijzigd is of verloren is, wordt vervangen door het RLV vzw-secretariaat. De onkosten zijn ten laste van de in gebreke zijnde ploeg.
Artikel 4.09:
De spelerslijst mag maximum 30 spelersnamen bevatten (geschrapte niet inbegrepen) + 4 niet-spelers. Een geschrapte speler die door een ander speler wordt vervangen op de spelerslijst, kan tijdens hetzelfde seizoen niet meer worden her ingeschreven op dezelfde lijst; alle spelerspassen van geschrapte spelers moeten binnengebracht worden op het secretariaat.
Het wijzigen, schrappen en toevoegen van namen op de spelerslijst is alleen toegestaan door het RLV vzw.
Artikel 4.10:
Voor de start van het nieuwe seizoen, ten laatste op 01 juni moeten alle spelerspassen, zonder uitzondering, op de RLV vzw-zetel worden afgegeven. Worden de passen later ingediend dan wordt de ploeg beboet per dag te laat vanaf 01 juni tot inlevering.
Artikel 4.11:
Een regelmatig aangesloten speler is deze waarvan alle elementen bekend zijn op de RLV vzw-zetel en die een spelerspas bezit van het RLV vzw.
Een onregelmatig speler is deze vreemd aan het RLV vzw. Elke inbreuk wordt bestraft en beboet zoals het RLV vzw-reglement voorziet. Hier is het reeds voldoende een onregelmatig speler op het wedstrijdblad in te schrijven om de inbreuk te plegen. Een handtekening van een speler nabootsen op de spelerslijst betekent dat de speler “onregelmatig” is aangesloten.
Een risico-speler is:
- Twee keer uitgesloten voor handtastelijkheden of ruw spel of dreigementen. Het retrotijdsbestek bedraagt 3 seizoenen.
- Werd geschorst voor ten minste 1 jaar of opschorting kreeg bij clementie voor handtastelijkheden tegenover personen door een functie aan het RLV vzw verbonden, evenals supporters.
- In een ander verbond voor ten minste 1 jaar werd geschorst voor handtastelijkheden of andere redenen.
- Alleen bekend op de RLV vzw-zetel en bij het LAV van de club waartoe hij behoort.
Artikel 4.12:
Het opstellen van een onregelmatig of een geschorste speler betekent een inbreuk en wordt als zodanig bestraft.
De controle wordt gedaan door het RLV vzw-secretariaat.
Artikel 4.13:
Elke schorsing of inactiefstelling van een risico-speler telt dubbel (evenals de boetes) als het inbreuken betreft voor handtastelijkheden (is ook elke vorm van fysiek geweld) of ruw spel of “dreigementen”.
Artikel 4.14:
Men mag nooit tegelijkertijd op twee spelerslijsten tekenen, tenzij men tijdens het seizoen op één lijst werd geschrapt door het RLV vzw.
Artikel 4.15:
Elke inbreuk op het reglement wordt bestraft en aldus beboet. Elke boete aan een club opgelegd is verhaalbaar op de bestrafte speler als deze de oorzaak is van de boete.
HOOFDSTUK 5: DE KAPITEIN.
Artikel 5.01:
Gedurende het spel moet er altijd een kapitein op het veld staan die herkenbaar is aan zijn armband. De kapitein is de aangestelde vertegenwoordiger van zijn clubbestuur tijdens de duur van de wedstrijd.
Een ploegkapitein zonder armband verliest alle rechten van een kapitein.
Artikel 5.02:
Plichten van de kapitein:
- In moeilijke omstandigheden, waarbij een schorsing van de wedstrijd in de lucht hangt, is de kapitein verplicht zijn spelers te kalmeren en de scheidsrechter bij te staan zodat de REF de wedstrijd opnieuw onder controle kan krijgen. Elke laksheid op dat gebied wordt bestraft.
- Bij ongeregeldheden verlaat de kapitein als laatste het veld en helpt de REF of andere bedreigde personen.
- De kapitein, in overleg met de WA, mag een eigen speler van het veld sturen en vervangen als zij dit nodig achten. De kapitein of de WA verwittigt de REF over deze vervanging.
Artikel 5.03:
Rechten van de kapitein:
- De kapitein bezit alle rechten en plichten van een clubspeler.
- De kapitein mag de REF inlichten over onregelmatigheden van mede- of tegenspelers.
- Tijdens de wedstrijd mag de kapitein bemiddelen tussen de REF en hun spelers. In bovenstaande punten let zij er wel op dat hun inlichtingen de wedstrijd niet stilleggen of ontredderen door hun tussenkomsten.
HOOFDSTUK 6: DE GRENSRECHTER.
Artikel 6.01:
De grensrechter moet de leeftijd van 16 jaar hebben bereikt. De grensrechter dient eveneens aangesloten te zijn bij een ploeg en moet dus ook een bijbehorende aansluitingskaart en pasfoto opsturen naar het verbond.
Artikel 6.02:
De clubs moeten op straf van boete een grensrechter opstellen tijdens de ganse duur van de wedstrijd en mag tijdens de wedstrijd door een collega vervangen worden. Een grensrechter mag de lijn niet doen zonder vlag.
Artikel 6.03:
De grensrechter geeft aan wanneer er:
- Inworp is,
- Doelschop is,
- Hoekschop is,
- Buitenspel is.
Artikel 6.04:
De grensrechter wordt geweigerd als deze vóór de wedstrijd de REF beledigt. De grensrechter kan uitgesloten worden zoals een speler of voor andere ongepastheden tijdens de wedstrijd. De grensrechter valt onder dezelfde normen en straffen als een speler.
Artikel 6.05:
De grensrechter vlagt de voorlijn door de REF aangeduid. De grensrechter moet de nodige bewegingsruimte hebben, zo niet dit gemeld aan de REF.
De REF beschermt de grensrechter en anderen tegen kritiek of aanvallen uitgaande van de spelers.
Artikel 6.06:
De grensrechter mag weigeren te vlaggen of stoppen met vlaggen (zonder boete of straf) als de bevoegdheden van uitdrukkelijk door de REF worden ontzegd vóór of tijdens de wedstrijd. Dit feit wordt genoteerd op het wedstrijdblad.
HOOFDSTUK 7: TERREINEN.
Artikel 7.01:
Alle ploegen die een terrein bezitten of huren, bezorgt de terreinovereenkomst aan het RLV vzw secretariaat, na 1 juni volgt een dwangboete vanaf 06 juni, per dag te laat.
Alle ploegen die een terrein van Stad Roeselare gebruiken, krijgen een onkostennota van het RLV vzw.
Artikel 7.02:
Bevoegdheden en verantwoordelijkheden v/d terrein-eigenaar of bewaarder:
- Hij lijnt het veld af en maakt de strafschopstip duidelijk.
- Hij zorgt ervoor dat de hoekvlaggen ten minste 1,5 m hoog zijn.
- Hij meldt elke schade en de namen van de eventuele daders aan de RLV vzw-zetel.
- Als verhuurder is hij verantwoordelijk voor de gebouwen. Er kan hem geen schuld worden aangewreven zo iemand zijn geld verliest op een of andere manier kwijtraakt.
- Zo hij vooraf voorziet dat een wedstrijd niet zal kunnen doorgaan op zijn terrein, moet hij dit melden aan de huurder van het terrein, als mogelijk 24 uren op voorhand.
Artikel 7.03:
De thuisploeg is verantwoordelijk dat het aflijnen van het veld is gebeurd. Het niet aflijnen mag geen uitstel van de wedstrijd betekenen, ook bij lichte sneeuwval. Het aflijnen en de strafschopstip moeten in elk geval duidelijk zijn. De boete hieraan verbonden kan men terugeisen v/d terreineigenaar of terreinbewaarder.
HOOFDSTUK 8: UITSTEL EN FORFAIT.
Artikel 8.01:
Het DB kan overgaan tot een algemeen of gedeeltelijk uitstel van wedstrijden of wedstrijddag.
Dit zal tijdig, vòòr zaterdagmiddag 12 uur, worden meegedeeld via sms naar de LAV van de ploeg en/of de website van het RLV vzw.
Artikel 8.02:
Een ploeg kan forfait geven als:
- De ploeg een reden heeft en die opgegeven is op het wedstrijdblad.
- De ploeg betaalt de wedstrijdkosten ter plaatse.
- Het geval wordt behandeld door het DB of het BO, als de minnelijke schikking geweigerd wordt.
- Als er een vermoeden bestaat dat een forfait omwille van onsportieve redenen gegeven wordt, dient dit behandeld te worden door het DB of het BO.
Artikel 8.03:
Een ploeg(club) zal forfait krijgen als:
- De ploeg niet aanwezig is 10 minuten na het aanvangsuur van de wedstrijd. De REF noteert dit.
- De ploeg niet over minimum 7 spelers beschikt om de wedstrijd te starten.
- De ploeg gedurende de wedstrijd met 6 spelers of minder op het veld staat (kwetsuren en uitsluitingen enz….).
- De ploeg zich moedwillig onttrekt, met minimum 7 spelers om tijdig te starten, de 10 minuten wachttijd is GEEN RECHT van een ploeg.
- De forfaitkosten worden ter plaatse betaald.
- De ploeg een geschorste speler opstelt.
Artikel 8.04:
Na drie opéén volgende forfaits of vijf forfaits doorheen het seizoen wordt de betrokken ploeg uitgesloten van verdere deelname voor de rest van het seizoen. De ploeg kan bij een nieuwe seizoenstart her optreden, weliswaar in een lagere reeks.
Forfaits worden enkel gerekend voor de competitie, forfaits tijdens de beker tellen niet mee bij deze berekening.
Als de ploeg zelf beslist om te stoppen wordt er een administratieve kost aangerekend bij de ploeg.
Artikel 8.05:
Als een ploeg stopt tijdens het seizoen worden alle punten behaald door en tegen de ploeg van de (neven)klassement geschrapt.
Artikel 8.06:
Het verkeerd inlichten van spelers, kwetsuren, schorsingen, invoeren van zomer- of winteruur, gebrek aan uitrusting, autoloze dagen of andere omstandigheden zijn geen reden om een forfait nietig te verklaren.
Artikel 8.07:
De ploeg die op een wedstrijd tegenwoordig is en waar de tegenpartij forfait geeft of krijgt bij aanvang van de wedstrijd, moet niet aftrappen. Er moet echter altijd wel een wedstrijdblad worden ingevuld.
Artikel 8.08:
De wedstrijdkosten moeten altijd ter plaatse betaald worden, ofwel door deze die forfait geeft of door deze die forfait krijgt; de regeling gebeurt financieel door de RLV vzw-penningmeester.
Artikel 8.09:
Bij een forfait, tijdig gemeld (d.w.z. vóór zaterdagmiddag 12 uur), aan de tegenploeg en het RLV vzw zal de forfaitscore (5-0) en een boete worden toegepast.
Bij een forfait, na zaterdagmiddag 12 uur, van de bezoekende ploeg worden naast de forfaitscore en -boete ook de terreinkosten aangerekend. Deze worden verrekend via de borgsom.
Bij een forfait ter plaatse zal de forfait gevende ploeg de boete, de terreinkosten en de scheidsrechter dienen te betalen.
De boete voor het eerste forfait bedraagt €25, voor het tweede forfait €35, voor het derde forfait €50, voor het vierde forfait €75 en voor het vijfde forfait €100.
Bij een forfait op het einde van het seizoen, dus na W22, is de boete 20% hoger, naargelang het aantal forfaits van de club. Dit om competitievervalsing te ontmoedigen.
Artikel 8.10:
Een vooraf gemeld forfait bij een algemene afgelasting blijft gehandhaafd.
Artikel 8.11:
Een ploeg die forfait geeft of forfait krijgt kan in het lopend seizoen fairplay-winnaar worden.
Artikel 8.12:
Sancties bij forfait:
- Forfaitscore 5-0 of toch een verschil van 5 doelpunten
- De kosten van de wedstrijd
- Boete als het BO een boycot ziet in het forfait geven.
Artikel 8.13:
Als het speelveld bespeelbaar is met of zonder REF en de terreineigenaar of terreinbewaarder geeft toelating om te spelen maar de ploeg(en) weiger(t)(en) dit, dan is er sprake van “boycotforfait”. De boete die de ploeg(en) krijg(t)(en) moet binnen de 8 dagen op de zetel betaald worden. De ploeg(en) verlie(st)(zen) met 5-0. Ingeval van beroep of hoger beroep kan het DB en of het BO anders beslissen.
Artikel 8.14:
Eender welke ploeg die forfait geeft voor de 1/2 finales en/of de finale zal automatisch worden uitgesloten uit de bekercompetitie voor het daaropvolgend seizoen.
Artikel 8.15:
Een ploeg kan uitstel vragen. Uitstel is enkel mogelijk mits gemotiveerde reden en minimum 2 weken op voorhand aan te vragen door de LAV bij het Dagelijks Bestuur. Het Dagelijks Bestuur neemt zo snel mogelijk een beslissing en verwittigd de betrokken ploegen.
HOOFDSTUK 9: OMKOPERIJEN.
Artikel 9.01:
Levenslange schorsing:
- Zich laten omkopen of aan omkoperij doen.
- Financiële aanmoedigingen aanvaarden of geven.
- Zich laten betalen of betalen voor sportontmoetingen.
- Een speler financieel benaderen om hem te winnen voor zijn ploeg of een ploeg financieel benaderen om een speler los te krijgen.
- Een scheidsrechter omkopen of dit pogen te doen.
- Te hoge verplaatsingskosten rekenen of laten uitbetalen.
Artikel 9.02:
Elk clubbestuur en clublid dat geen melding deed van betaling of omkoperij van één of meerdere spelers, is medeplichtig en fout. Het clublid wordt geschorst en hun ploeg wordt het volgend seizoen naar de laagste reeks verwezen. Het clubbestuur wordt geschorst (het BO neemt hierbij de eindbeslissing).
Artikel 9.03:
Elke club dat aan omkoperij doet en/of zijn spelers betaalt en/of aan een andere ploeg en/of aan een andere speler(s) betaald is in overtreding. De club wordt ten definitieve titel geschrapt van de RLV vzw-lijsten. Dit geldt voor alle in opspraak zijnde partijen (de AV neemt hierbij de eindbeslissing).
HOOFDSTUK 10: BEKERS.
Artikel 10.01:
De wedstrijdduur van bekerwedstrijden is die zoals het reglement voorschrijft (2x 35 minuten).
De wedstrijden worden alleen in heenwedstrijden betwist. Bijgevolg moeten beide ploegen de kosten van de wedstrijd delen, d.w.z. iedere ploeg betaalt de helft van het terrein en de helft van de scheidsrechter vergoeding.
De TA zorgt voor de betaling aan de terreineigenaar en de REF en vraagt de helft van de vergoedingen aan de PA.
De schiftingswedstrijden (1° ronde) worden via loting opgemaakt tijdens de uitdeling van de spelerpassen vóór het begin van het seizoen, eind augustus.
Daarna volgen de eliminatiewedstrijden tot aan de finales.
Artikel 10.02:
Om na de schiftingswedstrijden uit te maken wie beste winnaar of beste verliezer is, tellen eerst winst (3), draw (1) of verlies (0). Dan wordt er gekeken naar de verhouding van de gescoorde en tegendoelpunten (de plusminus score).
Is er nog een gelijkheid, dan tellen de meest gescoorde strafschoppen en dan pas de minst aantal strafschoppen tegen.
Is er na deze telling nog gelijkheid, dan zegt het reglement dat het lot de beste winnaar of beste verliezer zal bepalen.
Artikel 10.03:
Bij gelijkspel worden strafschoppen genomen, er MOET altijd een winnaar bekend zijn.
Bij de schiftingswedstrijden (1° ronde) worden sowieso strafschoppen genomen om zo de verdere klassering mogelijk te maken.
Artikel 10.04:
Elke ingeschreven speler op het wedstrijdblad mag een strafschop trappen, tenzij de REF oordeelt dat een speler niet in voetbaluitrusting is of aanleiding kan geven tot tijdverlies gezien de speler zich nog moet omkleden in voetbalplunje.
Een speler mag pas een tweede strafschop nemen als elke speler van zijn ploeg reeds een strafschop nam. Geen enkele speler mag het veld verlaten tot het nemen van strafschoppen is afgelopen. Daarom blijven alle spelers behalve de doelwachter, de speler die de strafschop zal nemen en een grensrechter in de middencirkel van het veld. De tweede grensrechter houdt de middencirkel in de gaten. De REF verzoekt de afgevaardigden de toeschouwers achter de omheining te houden. De REF leidt de hele operatie naar vermogen.
Artikel 10.05:
Wisselbekers kunnen geen eigendom worden van een club, zelfs niet als deze club reeds verscheidene keren het stuk veroverde.
Drie weken voor de finale waaraan de wisselbeker verbonden is, moet de houder van het stuk dit spontaan terug bezorgen op de zetel van de vereniging, teneinde de tijd te hebben de nodige schade te kunnen herstellen. In principe gebeurt dit vóór de schiftingen.
Artikel 10.06:
Alle schade (geen inwerking van zuurstof) wordt door de laatste houder van het stuk betaald. Het RLV vzw kan bij eventuele onherstelbaarheid overgaan tot de aankoop van een nieuw soortgelijk stuk op kosten van de laatste houder.
HOOFDSTUK 11: NEVENKLASSEMENTEN.
Artikel 11.01:
Bij het RLV vzw worden volgende nevenklassementen per reeks bijgehouden:
- Topschutter: het klassement wordt opgemaakt a.d.h.v. de doelpuntenmakers aangeduid op het wedstrijdblad.
- Fairplay:
- REF quoteert op 10 de sportiviteit van de ploegen, het respect voor de REF, de medespelers, de tegenstrevers en grensrechters. Hij houdt GEEN rekening met rode en gele kaarten.
- Aftrek van fairplay punten door het RLV vzw:
- 1 punt per gele kaart voor alle functie-verbonden personen
- 3 punten per rode kaart voor alle functie-verbonden personen
- Beste grensrechter: de REF quoteert op 5, de vaardigheden van de grensrechter(s).
- Beste tegenstander: de afgevaardigden vullen de beste tegenstander op hun wedstrijdblad in.
Artikel 11.02:
Een ploeg die forfait geeft of krijgt wordt geen fairplay- en grensrechterpunten toegekend.
Voor de benadeelde ploeg van het forfait wordt een gemiddeld berekend van de laatste (of volgende als bij het begin van het seizoen) 5 wedstrijden.
Een ploeg die algemeen forfait geeft krijgt kan nooit winnaar worden van de fairplay-schaal.
HOOFDSTUK 12: WETTELIJKE SPORTVERZEKERING, BETALINGSBEWIJS.
Artikel 12.01:
Iedere ploeg zorgt dat zijn leden een persoonlijke verzekering en een burgerlijke aansprakelijkheidsverzekering heeft.
Artikel 12.02:
Het LAV bezorgt bij de start van het seizoen een fotokopie van het betalingsbewijs van de verzekering aan de RLV vzw-1°secretaris. Elk verzuim wordt beboet met een dag dwangboete vanaf de 31ste dag na aanvang van het seizoen en kan verder leiden tot een daging voor het dagelijks bestuur en leiden tot schorsing van het LAV.
HOOFDSTUK 13: DE SCHEIDSRECHTER (REF).
Artikel 13.01:
Een (gelegenheids-) REF moet ouder dan 16 jaar of 16 jaar worden in de loop van het aan gang zijnde speelseizoen.
Hij mag in elk geval niet geschorst zijn in een functie door het RLV vzw.
Artikel 13.02:
Een scheidsrechterlijke of een andere dwaling die geen invloed had op de uitslag van de wedstrijd kan nooit aanleiding geven tot het her spelen van die wedstrijd. Als “in der minne regeling” faalt brengt de RLV vzw-1°secretaris de beslissing ter kennis aan het DB of het BO.
Als het DB of het BO beslissen de wedstrijd te her spelen, worden de kosten betaald door de RLV vzw-kas.
Artikel 13.03:
Rechten van de REF:
- Al wie in conflict raakt vóór de wedstrijd legt de REF verbod op te spelen. De REF noteert dit. Dit is ook het geval als één of beide ploegen hierdoor onvolledig moet aantreden, het zonder grensrechter zal moeten doen of zelfs forfait moet geven. Conflicten tot 15 minuten ná de wedstrijd noteert hij op het wedstrijdblad. Nadien meldt de REF alle conflicten op de zetel, ook die de REF niet kon noteren.
- De REF kan de grensrechter weigeren tijdens een wedstrijd als deze duidelijke partijdigheid aan de dag legt of opzettelijk verkeerd zwaait. De REF moet de grensrechter weigeren die niet beschikt over een vlag of te jong is (-16 jaar) of de REF beledigd heeft vóór de wedstrijd.
- De REF mag bijstand eisen van de ploegkapitein en/of de clubafgevaardigden, ingeval van ongeregeldheden vóór, tijdens of na de wedstrijd, de REF noteert elke inbreuk.
- De REF mag een bemiddeling weigeren van een kapitein of van een WA.
- Bij mist mag de REF 45 minuten wachten als de ontmoeting normaal moest aanvangen vóór 9u30 vooraleer de wedstrijd te verdagen. De REF mag dit niet doen als er op hetzelfde terrein een tweede ontmoeting is gepland op een later uur.
- De REF luistert naar elke bemiddelingspoging maar heeft het recht er geen gevolg aan te geven.
- De REF laat enkel de afgevaardigden van de ploegen, de waarnemers en de personen die de REF wenst te ontvangen toe in zijn cabine.
Artikel 13.04:
Plichten van de REF:
- De REF moet lid zijn van het RLV vzw en is verplicht aanwezig te zijn op de vergaderingen waarop hij uitdrukkelijk is uitgenodigd om het RLV vzw niet te schaden door onwetendheid, bij afwezigheid kan de REF geschorst of op inactiviteit geplaatst worden. De REF leeft het reglement na en laat ze naleven, noteert dit bij inbreuk of verwittigt hiervan de RLV vzw-zetel, de REF met twijfels vraagt advies aan de bestuurders van het RLV vzw.
- De REF laat nooit spelen op ijsvelden, velden met te korte hoekvlaggen (minder van 1.50 m). De REF verwijdert alle vreemde voorwerpen die een gevaar betekenen voor de spelers. Ook spelers in gipsverband laat hij niet spelen, evenmin spelers of grensrechters onder schijnbare invloed van middelen zoals alcohol of andere simulerende middelen.
- De REF laat nooit spelen zo de staat van het veld het niet toelaat zonder lichamelijk gevaar te spelen of de wedstrijd verder te zetten en als de weersomstandigheden te bar lijken naar zijn mening. De wedstrijd wordt niet gestart of de wedstrijd wordt gestopt.
- Als de uitrusting van beide ploegen dezelfde is of er is kleurverwarring, dan vraagt de REF of de thuisploeg verandert van kledij.
- De REF controleert vóór de wedstrijd of de voetbalschoenen braamvrij zijn, de kousen zijn opgetrokken en als de spelers beenbeschermers dragen. Deze zaken zijn verplicht om te kunnen spelen.
De opgestelde spelers mogen geen gevaar opleveren noch voor zichzelf noch voor de tegenstrevers (b.v. gipsverbanden, wangedrag, sieraden enz.…) - De REF kan geen enkele wedstrijd weigeren.
- Waar er een vrije zone is moet de REF deze vrij houden. De REF roept desnoods de hulp in van de afgevaardigden. De REF hervat de wedstrijd zodra de zaak geklaard is, zo niet staakt de REF de wedstrijd.
- Alvorens een wedstrijd te schorsen moet de REF alle mogelijke middelen aanwenden om de wedstrijd te eindigen. De REF roept desnoods de hulp in van de kapiteins en de afgevaardigden. Krijgt de REF bij hen geen gehoor dan stopt de REF het spel.
- De REF noteert (korte omschrijving van) elk voorval op het wedstrijdblad evenals de namen van geblesseerde spelers die eventueel werden afgevoerd.
- De REF past de voetbalspelreglementen toe zoals ze worden toegelicht op de vergaderingen en dit in aanvulling van de reglementen van FIFA of KBVB. De toepassing door de REF is bindend.
- Vooraleer naar het veld te stappen moet de REF de vrije lijnen op het wedstrijdblad doorstrepen. De REF mag toelaten dat een speler op een doorstreepte lijn wordt ingevuld zolang de wedstrijd nog niet startte. De REF noteert dergelijke zaak.
- Tot maximum 15 minuten ná de wedstrijd moet de REF toelaten dat de afgevaardigden alles kunnen lezen wat de REF neerschreef op het wedstrijdblad of wat de andere partij noteerde. Vijftien minuten ná de wedstrijd mag er niemand meer schrijven, ook de REF niet.
- De REF noteert, bij zogenaamd forfait, of alle kosten werden vereffend (wedstrijdkosten zowel voor forfaitgever als forfaitkrijger).
Artikel 13.05:
Het is de REF verboden:
- Als speler deel te nemen aan competitie-of bekerwedstrijden van het RLV vzw
- Officiële functies uit te oefenen zoals grensrechter of afgevaardigde, tenzij dit hem opgelegd wordt door het RLV vzw.
- De gelegenheidsscheidsrechter die een klacht neerlegde, mag niet zetelen als clubafgevaardigde bij de klachtenbehandeling.
Artikel 13.06:
De vergoeding van de REF om een wedstrijd te leiden wordt hem steeds vóór de wedstrijd uitbetaald.
De scheidsrechter vergoeding is een tegemoetkoming in zijn kosten en bedraagt €35,00 per wedstrijd.
Bij forfait is de volledige vergoeding verschuldigd. De REF vraagt de vergoeding aan de forfait gevende of forfait krijgende ploeg. Wordt de REF niet betaald, dan noteert de REF dit op het wedstrijdblad en /of meldt dit aan de RLV vzw-1°secretaris.
De REF heeft recht op de halve vergoeding als de REF de wedstrijd afgelast of als de terreineigenaar de wedstrijd niet laat doorgaan op het moment van de wedstrijd. In dit geval ontvangt de REF van iedere ploeg een kwart vergoeding en wordt er niet gespeeld.
Artikel 13.07:
Verlies voor de REF van het vergoedingsrecht:
- Als beide WA’s beslissen elders te spelen nadat de terreineigenaar of terreinbewaarder de wedstrijd op zijn veld niet toeliet en de scheidsrechter de nieuwe verplaatsing niet wenst te maken.
- Als de REF niet wenst te spelen en de ploegen dit toch wensen met toestemming van de terreineigenaar of terreinbewaarder.
- Als de REF te laat komt en de wedstrijd reeds bezig is met een gelegenheidsscheidsrechter en de beide WA’s besluiten zo verder te spelen. Bij een verkeerde uur-aanduiding kan de REF de vergoeding verhalen op het RLV vzw na goedkeuring van het BO.
- Zo beide WA’s beslissen dat de REF onder invloed verkeert of onvoldoende fit is, kan de REF geweigerd worden en beslissen de WA’s over de vergoeding, die in principe niet verschuldigd is.
- De REF die de wedstrijd staakt voor de aanvang van de 2de helft wegens onbespeelbaarheid van het terrein heeft slechts recht op de helft v/d vergoeding. Beide ploegen delen in dit geval de kosten (terrein + REF).
Artikel 13.08:
De REF bezit de bevoegdheid als aangestelde van het BO tijdens de wedstrijd. Als aangestelde van de BO tijdens de sportontmoetingen heeft de REF volgende taken te vervullen:
- Door tijdige en gepaste ingrepen lichamelijke en andere (verbale) risico’s vermijden.
- Beschermen tijdens de wedstrijd van alle personen door een functie verbonden aan het RLV vzw.
- Eerlijk en zonder vooroordelen de voorschriften van het spelreglement toepassen.
- Een waardige houding aannemen tegenover de aangesloten leden en de buitenstaanders. De REF helpt de naam en faam hoog houden van het RLV vzw en verdedigt deze waarden en laat ze naleven door de RLV vzw aangeslotenen tijdens de wedstrijden die de REF leidt of waar de REF niet leidt, doch wel aanwezig is.
Artikel 13.09:
De REF noteert volgende op het wedstrijdblad:
- Zijn naam
- De uitslag, in cijfers en letters
- De doelpuntenmakers
- De gele en rode kaarten
- De strafschoppen (enkel bij bekerwedstrijden)
- De fairplay punten, quotatie op 10 (hierbij moet de REF geen rekening houden met gele en/of rode kaarten)
- De punten voor grensrechter, quotatie op 5
- Eventuele onregelmatigheden
- Vraagt men iets te noteren op het wedstrijdblad dan laat de REF dit toe of de REF doet het zelf (b.v. een speler die niet mocht spelen, een speler die niet opdaagde, een onvoltallige ploeg, kwetsuren enz. …)
HOOFDSTUK 14: KLACHTEN EN PROCEDURES.
Artikel 14.01:
Een klacht is enkel geldig in volgende gevallen:
- Als de klacht vermeld is op het wedstrijdblad van de desbetreffende wedstrijd en op deze betrekking heeft
- Als de klacht werd opgemaakt binnen de 15 minuten ná het einde van de wedstrijd
- Elke klacht moet ondertekend zijn hetzij door:
- De WA van de thuisploeg (zie voorzijde wedstrijdblad)
- De WA van de bezoekende ploeg (zie voorzijde wedstrijdblad)
- De REF van de wedstrijd.
De klacht van één partij moet niet ondertekend zijn door een andere partij. Elk ontbrekend of foutief element maakt de klacht ongeldig.
Een uitgebreid verslag moet binnen de 48 uren gemaild worden naar het secretariaat. In elk geval moet de klacht kort en bondig op het wedstrijdblad vermeld zijn.
Na het tijdsbestek van 48 uren wordt er geen rekening meer gehouden met het uitgebreid verslag.
Een klacht moet niet noodzakelijk het gevolg zijn van een gele of een rode kaart, het kan ook een onregelmatigheid zijn, vastgesteld door een WA of door iemand die de WA of de REF inlichtte.
Klachten worden behandeld volgens de beschreven procedures in het sportief reglement.
Artikel 14.02:
Procedure minnelijke schikking:
Elke minnelijke schikking is in feite een verzoening of een snelrecht en gebeurt tussen het DB en het LAV, het heeft tot doel de kosten te drukken aan de clubs en het RLV vzw en tevens een soepeler en vluggere werking te kennen.
Voor elk dossier in de minnelijke schikking wordt een werkingskost aangerekend.
Het LAV mag steeds een minnelijke schikking weigeren en binnen de 48 uur beroep aantekenen.
Artikel 14.03:
Procedure beroep geschillencommissie:
Als het LAV van de ploeg niet akkoord gaat met de minnelijke schikking en binnen de 48 uur beroep aantekent wordt een beroepsdossier geopend.
Dit beroepsdossier wordt behandeld op de groene tafel door het beroepscomité (DB).
Voor elk beroepsdossier wordt een werkingskost aangerekend.
Het beroepscomité bestaat uit 3 leden, zijnde de voorzitter van het DB en 2 bijzitters.
Artikel 14.04:
Procedure evocatie beroep:
Als het LAV van de ploeg niet akkoord gaat met het beroepsdossier en binnen de 48 uur beroep aantekent wordt het dossier behandeld door de evocatie.
Voor elke evocatiedossier wordt een werkingskost aangerekend.
De evocatie bestaat uit 3 leden, zijnde de voorzitter van het RLV vzw, 1 bestuurslid die de eerste uitspraak niet heeft bijgewoond en de voorzitter van het DB of zijn vervanger.
Artikel 14.05:
Er kan beroep worden aangetekend tegen:
- Een minnelijke schikking,
- Een beroepsdossier,
- Een procedurefout,
- Het krijgen van een forfait.
Artikel 14.06:
Het beroep wordt niet ontvankelijk verklaard als:
- Het tijdsbestek van het beroep langer dan 48u na een uitspraak wordt ontvangen,
- Het over automatische straffen gaat,
- Na ontslag van de club.
Artikel 14.07:
Er kan beroep worden aangetekend door:
- Ieder werkend LAV van een club,
- Iedere bestuurder van het RLV vzw,
- Iedere aangestelde zoals REF en WW,
- Iedere clubafgevaardigde bij een beroepsprocedure.
Artikel 14.08:
Toegelaten aanwezigen op een groene tafel of evocatie hoorzitting:
- Het DB of bestuur
- De afgevaardigde van de beklaagde die optreedt en deze alleen als woordvoerder.
- De afgevaardigde van de andere partij die optreedt en deze alleen als woordvoerder.
- De REF van de sportontmoeting die de inbreuk vaststelde.
- De persoon als beklaagde beschouwd. Deze wordt verwittigd door zijn LAV om op de vergadering aanwezig te zijn. De voorzitter van het DB verleent het woord aan degene die hij wenst te verhoren en houdt orde in de vergadering, kan andere personen toelaten of weren.
Een afwezige partij stemt stilzwijgend in met een beslissing genomen door het DB. Het werkend-LAV moet geen volmacht geven aan zijn afgevaardigde.
Artikel 14.09:
Elk beroep of evocatie moet tijdens het speelseizoen vallen, zo niet wordt de zaak geklasseerd of als het BO dit wenst verwezen naar de AV.
Artikel 14.10:
Wanneer een speler de hem in eerste instantie opgelegde schorsing reeds ondergaan heeft en vanwege een hogere beroepsinstanties (in der minne, DB of BO) een vermindering van straf bekomt, kan er geen sprake zijn daarom de wedstrijd(en) te her spelen waaraan die speler niet heeft kunnen deelnemen.
Artikel 14.11:
Alle schorsingen in het SR zijn van toepassing tijdens het speelseizoen, zowel voor vriendschappelijke als officiële ontmoetingen waarbij een wedstrijdblad van het RLV vzw wordt gebruikt.
Inachtneming de volgende principes:
- Een schorsing tot en met 5 speeldagen, is slechts een schorsing in de competitie waar hij de straf oploopt.
- Voor een schorsing vanaf 6 speeldagen daarentegen, is de schorsing van kracht bij ALLE competities (competitie, alsook bekerwedstrijden).
HOOFDSTUK 15: STRAFFEN.
Artikel 15.01:
Rode en/of gele kaarten, worden door de REF gegeven worden aan alle personen door een functie aan het RLV vzw verbonden en die inbreuken plegen op de spelreglementen en/of op deze van het reglement.
Elke schorsing brengt een boete mee voor de club van het aangesloten lid.
Uitgezonderd de automatische straffen kan een schorsing ook voorwaardelijk uitgesproken worden door het DB of het BO.
Alle straffen die een schorsing met zich meebrengen of opschortingen van straffen worden via het orgaanblad meegedeeld aan de belanghebbende(n). Een afzonderlijk schrijven is ook mogelijk.
Artikel 15.02:
Elke inbreukstraf (en boete), niet omschreven in het reglement, wordt naar rata van het BO bepaald gaande van 1 speeldag tot 3 jaar schorsing met inbegrip van schrapping uit de verbondslijsten. Deze beslissing is bindend en onherroepelijk.
Deze straffen kunnen effectief en/of voorwaardelijk uitgesproken worden, echter in principe niet voorwaardelijk met REFS.
Tegenover een aangesloten lid of club kan altijd worden opgetreden indien de veiligheid van de scheidsrechter of de goede naam van het RLV vzw rechtstreeks of onrechtstreeks in het gedrang komt.
Het DB behandelt de zaak tegenover een lid, het bestuursorgaan deze tegenover een club.
Artikel 15.03:
Een speler die tweemaal een gele kaart krijgt tijdens dezelfde wedstrijd wordt automatisch geschorst voor één effectieve speeldag. Daarenboven krijgt hij onmiddellijk de rode kaart.
Artikel 15.04:
Elke inbreuk kent een bepaalde strafnorm. Meerdere inbreuken worden volgens de strafnormen opgeteld. Elke soortgelijke inbreuk kan maar éénmaal bestraft worden door een instantie of commissie.
Artikel 15.05:
Deze strafmaten gelden alleen voor inbreuken waarbij de speler betrokken is:
- Duwen onder spelers è 1 speeldag.
- Spelbederf è 1 speeldag.
- Het plein verlaten zonder reden of uit verbolgenheid è 2 speeldagen.
- Onbetamelijke bewoordingen en/of gedrag (o.a. uitdagingen, racistische uitspraken en/of gebaren, verbaal geweld, moreel kwetsend) è 2 speeldagen.
- Spelbederf met fout è tot 2 speeldagen.
- Pogen te stampen of pogen te slaan naar spelers zonder te treffen è 3 speeldagen.
- Spuwen è 8 speeldagen.
- Ruw of brutaal spel in bal duel è tot 4 speeldagen.
- Ruw of brutaal spel niet in bal duel è tot 6 speeldagen.
- Op een gevallen speler trappen die in balbezit is è 5 speeldagen.
- Op een gevallen speler trappen die niet in balbezit is è 10 speeldagen.
- Handtastelijkheden (of kopstoot) onder spelers tijdens de wedstrijd (vechten):
- Nà bal duel è 6 speeldagen.
- Niet na bal duel è 10 speeldagen.
- Handtastelijkheden* vóór of na de wedstrijd è 12 speeldagen.
- Handtastelijkheden* met gevolgen è 12 speeldagen.
- Herhaling van de feiten è verdubbeling (24 speeldagen = 1 jaar schorsing).
- Werpen met slijk, aarde en/of zand e.d. è 2 speeldagen.
- Werpen met andere materialen è 4 speeldagen.
- Vrijwillig zware slagen en/of trappen toebrengen met (zware) gevolgen è minimum 3 jaar.
Als de inbreuken gebeuren vóór de wedstrijd, dan moet de REF de persoon of personen niet toelaten het terrein te betreden. Deze speeldag telt als eerste dag schorsing. De REF vermeldt dit op het wedstrijdblad.
*Handtastelijkheden: slaan, kopstoot, schoppen, vechten, ….
Artikel 15.06:
Deze strafmaten gelden voor inbreuken tegenover alle personen door een functie aan het RLV vzw verbonden (o.a. REF, WA, waarnemer, aangestelde, …):
- Wangedrag en/of kritiek è 1 speeldag
- Herhaaldelijk kritiek en/of beledigingen è 2 speeldagen
- Bedreiging(en) door woorden en/of gebaren è 3 speeldagen
- Zware of dreigende beledigingen/bedreigingen è 8 speeldagen
- Weigeren of negeren de scheidsrechter te beschermen è 12 speeldagen
- Zijn uitrusting ontnemen, scheuren en/of wegwerpen è 10 speeldagen
+ plus de straf voor de eventuele rode kaart
De schade wordt betaald door de persoon in fout bevonden. Hij blijft geschorst tot de schade volledig vereffend is. - Schade toebrengen aan de kledij van de persoon è 1 jaar
De schade wordt betaald door de persoon in fout bevonden. Hij blijft geschorst tot de schade volledig vereffend is. - Duwen, trekken of stoten zodanig dat de persoon (al dan niet) verplaatst wordt en/of schoppoging è 12 speeldagen
- De bal of enig ander voorwerp opzettelijk richten om een persoon te treffen è 12 speeldagen
- Spuwen è 12 speeldagen
- Handtastelijkheden* è minimum 3 jaar
- Handtastelijkheden* met gevolgen è schrapping uit de verbondslijst (minimum 5 jaar)
- Herhaling van de feiten vermeld in punt f), g), en i) è minimum 3 jaar
- Herhaling van de feiten vermeld in punt j) è schrapping uit de verbondslijst (minimum 5 jaar)
*Handtastelijkheden: slaan, kopstoot, schoppen, vechten, ….
Artikel 15.07:
Deze strafmaten gelden voor feiten waarbij een toeschouwer betrokken is tijdens de wedstrijd:
- Belediging van een toeschouwer è 2 speeldagen
- Bedreigen of zware belediging van een toeschouwer è 3 speeldagen
- Handtastelijkheden naar een toeschouwer è 8 speeldagen
- Handtastelijkheden* met gevolgen è 12 speeldagen
*Handtastelijkheden: slaan, kopstoot, schoppen, vechten, ….
Artikel 15.08:
Deze strafmaten gelden voor inbreuken waarbij de kapitein is betrokken:
- Geen onmiddellijk gevolg geven aan het appel van de REF è 1 speeldag
- Weigeren naam en/of verkeerde naam of spotnaam op te geven è 4 speeldagen + eventuele (tijdelijke) schorsing uit zijn ambt.
Artikel 15.09:
Deze strafmaten gelden voor inbreuken waarbij de kapitein en/of de afgevaardigde is betrokken:
- Een speler die zonder reden of uit verbolgenheid vrijwillig het veld verlaat (boycotten), niet wil optreden niettegenstaande het aandringen van zijn WA of na rust niet meer op het veld verschijnt, mag vervangen worden è 2 speeldagen.
- Een ploeg die uit verbolgenheid het veld verlaat voor de reglementaire tijd verstreken is geeft forfait. De kapitein en de WA worden bestraft als ze geen pogingen deden met de REF om hun ploeg op het veld te houden of te krijgen. De aanstootgevers worden eveneens bestraft è 2 speeldagen. De hele ploeg kan geschorst worden.
Artikel 15.10:
- De afgevaardigde die een geschorste speler (al dan niet spelend) inschrijft op het wedstrijdblad è 10 speeldagen
- Een speler die te jong is volgens het SR è 10 speeldagen
- Een speler die twee spelerslijsten tekende van het RLV vzw è 1 jaar
Elke schorsing van een risico-speler als het gaat om handtastelijkheden, ruw spel of dreigementen levert een straf- en boeteverdubbeling op.
Tegen een automatische straf is geen beroep mogelijk, tenzij de reden van en/of de straf in opspraak is met het reglement.
Automatische straffen kunnen ook niet voorwaardelijk worden uitgesproken.
Artikel 15.11:
De straffen worden met 2 speeldagen verhoogd voor:
- Alle spelers en/of functie verbonden personen die enig voorwerp ter hand nemen om de handtastelijkheden uit te voeren.
- Alle spelers en/of functie verbonden personen die kwetsende taal, beledigingen of onwelvoeglijke taal gebruiken of kritiek leveren vóór, tijdens of na een DB of een BO-zitting.
Artikel 15.12:
De straf wordt opgeschort bij:
- Elk beroep, evocatie of onbevoegdheid in beroep.
- Na het intrekken van een klacht door het LAV.
- Een procedurefout in beroep of hoger beroep.
Artikel 15.13:
Elke strafopschorting duurt hoogstens tot het einde van een speelseizoen. Dan vervalt de straf automatisch, tenzij het IR het anders voorziet of DB of het BO anders beslist.
HOOFDSTUK 16: FINANCIEEL.
Artikel 16.01:
Het lidgeld van €60,00 is naast de administratieve kosten, alle interne reglementskosten en andere kosten die in het SR zijn voorzien en/of opgelegd door het bestuursorgaan (BO), al dan niet vervat in het IR, SR en/of de statuten van het RLV vzw.
Artikel 16.02:
De rekening van het RLV vzw is bekend bij de PNB PARIBAS onder de benaming:
“RLV vzw”, GITSESTRAAT 169 – 8800 ROESELARE
Zichtrekening: BE64 0012 0802 3852
Spaarrekening: BE42 0351 5437 6854
Lange termijnrekening: 035-1543768-54
Artikel 16.03:
De borgsom van de club wordt als werkkapitaal aangewend en wordt door het BO bepaald op €200,00.
De borgsom blijft steeds eigendom van de club, na aftrek van de eventuele boetes en administratieve kosten.
De borgsom, is het werkkapitaal, wordt door het secretariaat aangewend om de boetes en administratieve kosten van de club te bekostigen. De resterende borgsom dient opgetrokken tot het bedrag van €200,00 als:
- De competitie een aanvang neemt (in principe tegen 01 september).
- De borgsomrest minder dan 1/2 van de totale borgsom bedraagt.
De betaling dient te geschieden uiterlijk tegen de datum vermeld op de uitnodiging tot betaling dat aan het LAV werd toegestuurd per mail.
Na 2 aanmaningen tot betaling kan de club worden geschorst of op non-actief worden geplaatst.
Een LAV die met zijn club ontslag neemt tijdens het speelseizoen of nà 1 augustus (kalenderopmaak), verliest de borgsom of de borgsomrest. Het BO kan anders beslissen.
Artikel 16.04:
€0,50 boete of administratieve kost:
- Telefoonkosten: per telefoon wordt een adm. kost aangerekend.
- Geen officieel RLV vzw-wedstrijdblad gebruikt,
- Aansluitingskaarten per stuk, nà uitdeling spelerspassen vóór het begin van het seizoen,
- Per dag te laat binnenkomen op het secretariaat voor de borgsom, inschrijvingspapieren, spelerspassen en verzekeringsattest.
Artikel 16.05:
€1,50 boete of administratieve kost:
- Aanmaak van een spelerspas.
- Verzendingskosten: verzenden van een spelerslijst en/of spelerspas.
- Bijkomende kosten per speeldag schorsing vanaf de 2° schorsing dag, i.f.v. schorsing rode kaart
- De uitslag van de wedstrijd niet, te laat of verkeerd gemeld.
- Ontbrekende gegevens op het wedstrijdblad è boete per inbreuk.
- Wedstrijdbladen niet in gesloten omslag verstuurd.
- Het wedstrijdblad te laat bij de REF binnenbrengen, minimum 15 minuten vóór het begin van de wedstrijd.
- Afgevaardigde, kapitein of trainer zonder armband.
- Het krijgen van een gele kaart.
Artikel 16.06:
€2,50 boete of administratieve kost:
- Als een forfait en of een uitgestelde wedstrijd financieel niet ter plaatse werd geregeld (ook bij uitstel van de wedstrijd is dit geldig).
- Het wedstrijdblad niet ingevuld.
- Het wedstrijdblad te laat op de zetel bezorgen.
- Geen of slechts tijdelijke opstelling van een grensrechter.
- Niet in het bezit zijn van de spelerslijsten en spelerspassen tijdens de wedstrijd.
- Geen verfrissing voor de REF door de TA.
- Scheidsrechter vergoeding niet betalen vóór de wedstrijd.
- Speler die verandert van ploeg.
- Een speler die speelt zonder (of vernieuwing) spelerspas of zijn spelerspas verliest.
- Het vervangen van een spelerslijst.
- Het aansluiten van een speler(s) tijdens de terugronde.
- Een niet afgelijnd speelveld.
- Ontbreken van één of meerdere hoekschopvlaggen.
- Ontbreken van de verbandkist of ontbrekende stukken in die verbandkist op het terrein.
- Ontbreken van een niet gevulde waterzak op het terrein.
- Ontbreken van reserveballen op het terrein.
- Een speler die zonder reden het veld verlaat.
- Elke melding van een verdict van het DB en/of BO of v/e instantie van o.a. een schorsing van een door een functie verbonden persoon.
Artikel 16.07:
€3,00 boete of administratieve kost:
- Het krijgen van 2 gele kaarten in één wedstrijd, gele kaart cumul.
- Administratieve kosten voor het behandelen van de minnelijke schikking, bv. na een rode kaart, na een klacht, ….
Artikel 16.08:
€5,00 boete of administratieve kost:
- Verzendingskosten: verzenden van het inschrijvings- en kalenderdossier (kalender, spelerslijst en -passen).
- Het krijgen van een rode kaart.
Artikel 16.09:
€15,00 boete of administratieve kost:
- Niet aanwezig zijn op een AV of BAV.
- Geschorste grensrechter of afgevaardigde opstellen in die functie.
- Aanvraag tot het aansluiten van een geschorste speler.
- Intrekken van een klacht door een REF.
- Beroep na forfait.
- Spelend lid niet ingeschreven op het wedstrijdblad.
- Alcoholische dranken in de neutrale zone.
Artikel 16.10:
€25,00 boete of administratieve kost:
- 1° forfait geven of krijgen.
- Geschorste speler en/of geschorst persoon door een functie aan het RLV vzw verbonden, al dan niet spelend, inschrijven op het wedstrijdblad.
- Persoon die niet ingeschreven is in het RLV vzw opstellen of een functie laten uitoefenen tijdens de wedstrijd.
- Boycot-boete=burgerlijke ongehoorzaamheidsboete.
Artikel 16.11:
€35,00 boete of administratieve kost:
- 2° forfait geven of krijgen
- Elke DB- of BO-vergadering waarvan een speler of een persoon door een functie aan het RLV vzw verbonden, de oorzaak is.
Artikel 16.12:
€50,00 boete of administratieve kost:
- 3° forfait geven of krijgen
- Vroegtijdig stopzetten van het seizoen.
Artikel 16.13:
€75,00 boete of administratieve kost:
- 4° forfait geven of krijgen
Artikel 16.14:
€100,00 boete of administratieve kost:
- 5° forfait geven of krijgen
Artikel 16.15:
Vergaderingskosten zijn bedoeld om de kosten te dekken van het DB en de genodigden (REF + afgevaardigden).
Artikel 16.16:
Een boete vervalt bij:
- Een procedurefout in beroep (DB).
- Onbevoegdheid van het DB.
- Een voorwaardelijke straf tenzij deze straf effectief wordt.
Artikel 16.17:
Een schuld vervalt nooit bij een gestopte club, de schuld wordt solidair gedragen door de spelers die de club verlaten en aangesloten waren op het ogenblik van de stopzetting.
Artikel 16.18:
Ná 1 augustus is elk verhaal van een club aangaande boeten ten opzichte van een speler vervallen.
Artikel 16.19:
Bezwaar tegen een boete, al dan niet opgelegd door het DB of het BO, is alleen mogelijk als dit gebeurt binnen de 48 uren en schriftelijk gericht is aan de RLV vzw-zetel. Het DB of het BO onderzoeken het bezwaar en treffen een beslissing.